Maandag 25 november was het eerste Energiecafé van de gemeente West Betuwe. Inwoners uit Spijk, Heukelum, Asperen, Acquoy, Gellicum en Rhenoy konden daar terecht met al hun vragen over energiebesparing. Het was een groot succes: meer dan 100 inwoners bezochten de avond in het dorpshuis in Asperen.
Wethouder Duurzaamheid Govert van Bezooijen was erg over de opkomst te spreken: ,,Het is een prachtig resultaat! Het blijkt dat duurzaamheid leeft. Veel inwoners hebben vragen over zonnepanelen, isolatie, subsidies en regelingen. Is het verstandig om nu al iets te doen? Wat kan ik zelf oppakken? En zijn er subsidies en financieringsregelingen? Dat is heel begrijpelijk. Er is veel informatie beschikbaar over deze onderwerpen. Menig inwoner ziet door de bomen het bos niet meer. Tijdens dit Energiecafé wijzen we inwoners graag de weg.”
PILOTPROJECT De avond stond in het teken van de energietransitie. Dit vraagt om een andere en duurzame manier van omgaan met energie. Op termijn verdwijnt het aardgas namelijk als bron voor warmtevoorziening in Nederland. Inwoners staan er niet alleen voor. Door samen te werken, is er veel te realiseren. Om die reden organiseerden de gemeente West Betuwe, het Centrum voor Duurzaamheid De Knop en het energieloket Het Nieuwe Wonen Rivierenland dit Energiecafé. Het was een pilotproject. De partijen streven ernaar om de Energiecafés in 2020 op meerdere locaties in West Betuwe te organiseren.
ENERGIENEUTRAAL IN 2030 De gemeente West Betuwe heeft de ambitie om in 2030 energieneutraal te zijn. Govert van Bezooijen: ,,Het betekent dat we in onze gemeente net zoveel duurzame energie opwekken als we verbruiken. Daarbij gaan we uit van vier pijlers: energietransitie, klimaatadaptatie, circulaire economie en milieu. We werken samen met partners aan allerlei initiatieven. De hulp van inwoners en bedrijven is hard nodig. Ik roep iedereen op om ook een steentje bij te dragen. Samen zorgen we voor duurzame en leefbare kernen. Voor nu en later. Inwoners kunnen daarbij gratis en onafhankelijke advies vragen door contact op te nemen met De Knop.”